
Dè specialist voor creatieve hoogbegaafdheid, leer-en gedragsproblemen, schooltrauma
​
Creatieve hoogbegaafdheid
Wat is het nut hiervan?
​
Een typische vraag van een creatief denkend hoogbegaafd kind. Waarom moet ik topo leren als ik Google Maps op mijn telefoon heb staan?
​
Tja, geef daar maar eens antwoord op.
Een nog relatief onbekende groep zijn de niet-schoolse, creatief denkende hoogbegaafde kinderen.
​
Het zijn de kinderen die niet altijd als hoogbegaafd uit een IQ test komen maar wel alle kenmerken van een hoogbegaafd kind bezitten:
-
Intens en gevoelig
-
Sterk rechtvaardigheidsgevoel
-
Zeer kritische instelling
-
a-synchrone ontwikkeling
-
Verhoogd bewustzijn
-
Snelle denkers
Deze kinderen onderscheiden zich van de schools-hoogbegaafde kinderen doordat zij zeer creatieve en associatieve denkers zijn. Daarnaast hebben zij hun interesses veelal buiten het schoolse leren liggen.
​
​
​


Creatief denken
Een creatief brein denkt en leert voornamelijk vanuit de rechter hersenhelft. Belangrijke kenmerken zijn: Het associatieve denken
Beelddenken
Out of the box' denken.
​
Het heeft dus niets met creatief zijn te maken in de zin van goed kunnen schilderen e.d
Algemene kenmerken:
-
Denkt associatief en in beelden – legt snel onverwachte verbanden.
-
Top-down denker – wil eerst het grote geheel snappen, dan pas de details.
-
Sterke verbeeldingskracht – creatief in oplossingen, ideeën en fantasie.
-
Onconventioneel – wijkt vaak af van standaardoplossingen of -denkwijzen.
-
Intens gevoelig en rechtvaardig – voelt situaties en emoties diep aan.
-
Behoefte aan autonomie – wil zelf richting bepalen en ruimte krijgen om te ontdekken.
-
Snel overprikkeld in gestructureerde omgevingen – blokkeert bij te veel regels of standaardmethodes.
-
Kan opdrachten complexer maken dan nodig – door het brede en snelle denken.
-
Vindt schoolse aanpak vaak saai of beperkend – heeft uitdaging en creatieve ruimte nodig.
​​
Wanneer je een creatieve denker bent in een lineair, op analytisch denken ingericht schoolsysteem dan heb je een flinke uitdaging. Zeker als de IQ test ook niet aansloot bij jouw manier van denken, je de vragen niet goed begreep of je teveel mogelijkheden zag en je daardoor de normgrens van 130 niet gehaald hebt. Dan word je niet als hoogbegaafd gezien en kun je extra uitdaging wel vergeten. Bovendien is automatiseren en schools leren sowieso een uitdaging waardoor al snel de indruk ontstaat dat het kind eerder minder begaafd, dan hoogbegaafd is.
​
Ook in de thuissituatie zijn deze kinderen veelal een raadsel. De meest eenvoudige dingen zoals tandenpoetsen en aankleden zijn vaak een dagelijks terugkerende uitdaging voor ouders. Tegelijkertijd komen deze kinderen met oplossingen voor complexe problemen waar niemand ooit aan had gedacht.
​
Voordat deze kinderen naar school gaan worden zij vaak als blije, enthousiaste, nieuwsgierige, gevoelige, zorgzame, creatieve, leergierige en originele kinderen beschreven.
​
Dit kind verdwijnt echter steeds meer naar de achtergrond naarmate het langer naar school gaat. Veel voorkomende 'problemen' zijn: Ongewenst, brutaal, clownesk gedrag, niet tot leren komen, faalangst, onderpresteren, dyslexie, dyscalculie, autisme, adhd, angststoornissen, uitputting, niet meer willen leven, depressie, onverklaarbare lichamelijke klachten, sterk zelfbepalend gedrag.....etc.
Deze 'problemen' zijn veelal echter het gevolg van het beoordelingssysteem en het op resultaatgerichte denken van de mensen waar deze kinderen aan overgeleverd zijn. Niet omdat kinderen dat willen, maar omdat zij dat moeten. En bij dat moeten, daar begint precies het probleem.
​
Zolang we kinderen tot object maken van onze opvattingen, overtuigingen en verwachtingen, zolang we de methode en de norm centraal stellen in plaats van de kinderen zelf, gaat al dit briljante potentieel verloren en maken we kinderlevens èn dat van hun ouders, broertjes en zusjes, tot een hel.
​
Hoe ik naar deze kinderen kijk?
Een kind hoeft niets meer te worden. Het is al iets. Het maakt al deel uit van deze maatschappij. Dus laten we eens ophouden om van deze kinderen iets te willen maken wat zij niet kunnen en willen zijn. Laten we aansluiten bij de interesses en kwaliteiten van het kind. Bij de meest natuurlijke vorm van leren: zijn enthousiasme.
​
Stel jezelf eens de vraag als je naar dit kind kijkt:
' Wie is dit kind? Wie is dit kind altijd al geweest?
​
Probeer eens alle lagen ( diagnoses, oordelen, overtuigingen) van dit kind af te halen. Wat zie je dan?
​
Wie zie je dan?​​